“REQUIEM VOOR EEN GEMEENTERAAD?
De begrotingsbehandeling heeft dit jaar een speciaal karakter. Het is de eerste van deze nieuwe raad die zegt de betrokkenheid van de burgers bij het gemeentebestuur te willen versterken. Dat is ook nodig omdat de raad voor de opgave staat het verschil tussen inkomsten en uitgaven met een bedrag van rond een miljoen te verbeteren. Dat heeft natuurlijk consequenties voor de burgers in de zin van meer betalen of/en minder subsidie en dienstverlening. Dit wist ook de vorige raad al, maar de aanpak is gekenmerkt door uitstel en vergeefse pogingen er iets van te maken. Vandaag moet het nu gebeuren. Via de zogenaamde takendiscussie hebben de burgers ideeën voor de begroting kunnen aandragen. Mede gelet op de korte voorbereidingstijd en de gebrekkige voorinformatie mag je best constateren dat er toch nog heel wat Gravenaren hun steentje willen bijdragen. Wat is er met die informatie gebeurd?
De door het college aangeboden conceptbegroting was natuurlijk al klaar voordat de takendiscussie plaats vond. Dat daarin niets is terug te vinden van de takendiscussie is dus logisch. Naar eigen zeggen van het college is de begroting ook maar half werk. Het bestaande beleid is naar 2014 getransponeerd en dat levert de komende jaren een flink tekort op dat moet worden gedekt. In de eerste zin wordt ook nog meegedeeld dat de effecten van de herziening van de beheerplannen niet is meegenomen. Die beheerplannen stonden de vorige raadsvergadering op de agenda. Dat kwam dus goed uit, vooral omdat met name het wegenbeheerplan een extra structurele uitgave van 3,5 ton zou veroorzaken. In de commissie zag men de noodzaak daarvan wel. Maar de gemeenteraad besloot de bespreking en de besluitvorming uit te stellen. Dat komt er dus vanavond bij en wel na de begrotingsbehandeling. Dat de besluitvorming bij de begrotingsbehandeling plaatsvindt is te verdedigen, maar dat de inhoudelijke bespreking pas vanavond zou kunnen gebeuren is weer een complicatie. De consequenties van diverse scenario’s ontbreken nu en dat maakt een keuze wel erg lastig.
Maar dat is een detail omdat van het hele dekkingsplan, waar de raad dus zelf zou zorgen, nog geen spoor is te ontdekken. Er zijn algemene beschouwingen in 2 versies. Een volledige en een verkorte ten behoeve van de publicatie. Die laatste vorm is gepubliceerd, maar de volledige heb ik niet kunnen vinden, ook niet op de sites van de diverse partijen. Zo betrek je in Grave blijkbaar de burgers bij het bestuur. De beantwoording van het college was voor degenen die de weg weten op de gemeentesite, of daarbij geholpen worden, sinds gisteravond definitief. Het blijkt dat er veel vragen zijn gesteld en ook het antwoordvakje is ingevuld. Veel vragen hadden net zo goed op een ander tijdstip kunnen worden gesteld en met veel antwoorden zou ik als vragensteller niet tevreden zijn. Ik hoop echter dat de discussie vanavond niet over deze vragen en antwoorden zal gaan. Noch in de vragen noch in de antwoorden is ook maar iets terug te vinden van een mogelijk dekkingsplan. Niemand heeft mij ook gevraagd of ik bereid zou zijn om meer OZB te betalen om de bibliotheek en het schoolzwemmen in stand te houden. Ik deel u bij deze daarom maar mee dat mijn vrouw en ik daartoe bereid zijn. Dat schiet al lekker op.
Helaas zie ik in de beschikbare stukken geen aanknopingspunten om verder aan de pogingen een dekkingsplan op te stellen deel te nemen. Ik kom dan ook niet verder dan mijn deelneming te betuigen met deze afgang van de gemeenteraad. Ik heb mijn bijdrage dan ook opgeslagen als “requiem voor een gemeenteraad”. Troost is dat een requiem vaak mooie muziek oplevert.
Als het niet lukt uitgaven en inkomsten met elkaar in evenwicht te brengen rest niets anders dan een greep in de reserves of een lening af te sluiten. Lenen kost geld, maar dat is minder erg als je van je zelf kunt lenen. De gemeente beschikt over bestemmingsreserves en voorzieningen. Lenen van jezelf is een buitengewoon onverstandige werkwijze, maar wat moet je
anders? De provincie zal hoe dan ook niet blij zijn en wellicht onze gemeente onder curatele stellen. Het college heeft zich hier kennelijk al mee verzoend want sinds enige tijd wappert de provinciale vlag van het historisch stadhuis. En wiens vlag is gehesen heeft de macht. De gemeenteraad is dood, maar de raad zelf ontkent het nog steeds, soms tegen beter weten in, maar blijkbaar ook nog uit overtuiging. Ook in de begrotingsstukken is dat te constateren. De voorgelegde begroting is voor niet ingewijden niet en voor wel ingewijden blijkbaar zeer moeilijk te begrijpen. Er staan heel veel prachtige zinnen in maar daar heb je voor de beoordeling weinig aan. Één voorbeeld: onder de kop: wat willen we bereiken staat veelal iets van “een optimale dienstverlening”. Het is heel leerzaam dat soort zinnen eens om te draaien. Dat geldt voor heel veel rapporten. Ik kan het u aanraden. Vergelijking met vorige jaren is niet mogelijk. Dat alles komt door wat men de harmonisering van CGM noemt. Bedoeld wordt gewoon de uniformering. Als dat is gelukt is het laten bestaan van drie gemeenteraden bijzonder overbodig en hinderlijk. CGM heeft met dit streven overigens groot gelijk. De start van CGM luidde de terminale fase voor een zelfstandige gemeente Grave in. Laten we dat erkennen en ons sterk maken voor de volgende levensfase van de Graafse gemeenschap in een groter verband. Op bestuurlijk terrein is er zeker leven na de dood en vaak een beter.
Niet dat ik denk dat daarmee de problemen zijn opgelost. Ik ben van mening dat de gemeente als bestuursorgaan zoals wij die kennen niet meer van deze tijd is. Vroeger werd je geboren, ging je naar school, werkte je, trouwde je en ging je dood in de zelfde plaats met je kinderen in de buurt. Geleidelijk is dat veranderd. Voor veel mensen is de plaats waar zij volgens de GBA thuishoren weinig meer dan een administratieve aangelegenheid.
Ook mensen zijn mede hierdoor veranderd. De betrokkenheid bij de eigen woonplaats en in het algemeen met elkaar is verminderd. Men is meer klant bij dan lid van. Dat gaat heel ver. Wij zorgen niet meer voor elkaar, nee als we dat nodig hebben moeten we zorg inkopen. Voor onze democratie is dat een regelrechte bedreiging.
De wereld is inmiddels ook zo complex geworden dat het gemeentelijk niveau te klein is om op veel gebieden zelfstandig beslissingen te kunnen nemen. Toch houden we die schijn overeind. Het rijk neemt beslissingen over de tracé’s van snelwegen, maar iedere gemeente moet dit afzonderlijk in een bestemmingsplan verwerken. Dat leidt tot veel tijdverlies, kosten en ongenoegen.
Er komen ook nieuwe taken bij. De zorg gaat nu naar het gemeentelijk niveau omdat de gemeente nu eenmaal dichter bij de burger staat dan het rijk. Dat is zo, dus er is alles voor te zeggen de uitvoering van het zorgbeleid te regionaliseren. Maar daar heb je geen gemeenteraden voor nodig. In de praktijk blijkt dat ook zo. Gemeenten als Grave zijn, ook naar eigen inzicht, hiervoor te klein. Vandaar de gemeenschappelijke regeling, waarbij de taak van de raad, zo is gebleken beperkt blijft tot uitspreken van hoop en zorg tegelijk.
Het college heeft de laatste dagen enkele schotjes voor de boeg gegeven die wellicht zijn bedoeld om enkele zaken in het dekkingsplan veilig te stellen. Het motiveren van een wethouder belast met zaken rond de verandering in de zorg was er één van. Dat hier extra aandacht voor nodig is snap ik wel, maar ik heb niet terug kunnen vinden waarom dat een derde wethouder moet zijn. Grave heeft sinds 1998, 3 wethouders met uitzondering van de periode 2010-2014. Dat was doodgewoon om politieke redenen. Laten we daar eerlijk in zijn. Dat daarmee de nodige extra aandacht voor de zorgovergang verzekerd was, is een leuke bijkomstigheid.
Ook wordt gewezen op het belang van toerisme en Grave als Bastion van zorg voor de economie van Grave. De vraag of Grave er een eigen economiebeleid op na kan houden ligt in het kader van mijn verhaal natuurlijk voor de hand. Naar mijn mening is dit marginaal en hoe belangrijk is het voor de totale Graafse gemeenschap? Moet de gemeente er in investeren of zou het geld op moeten leveren? Erger vind ik echter dat zorg hier weer als middel wordt opgevoerd om geld te verdienen. Dat is toch het doel van economisch beleid? Overigens had ik bij dit artikel een déja-vu. Eind negentiger jaren was er een rapport over de toekomst van Grave. “Grave als Bastion van Zorg” was daarvan een belangrijke conclusie en misschien zelfs wel de titel of een ondertitel.
Van oudsher hebben we het besef dat water zich niets aantrekt van democratische en gemeentegrenzen. Onze waterschapstructuur is in de hele wereld een voorbeeld van een functionele democratie. Natuurlijk is en moet de bestuursvorm regelmatig worden aangepast aan de maatschappelijke ontwikkelingen. Maar in plaats van waterschappen opheffen zou men veel meer zaken langs functionele lijnen democratisch moeten organiseren. De huidige gemeenschappelijke regelingen zijn daar eigenlijk al een voorloper van. Ze zijn georganiseerd voor één beleidsterrein en hebben daarvoor een eigen bestuurs- en financieringsstructuur. De bestuurstructuur is nog sterk aan de gemeenteraden verbonden, maar in veel gevallen is die invloed beperkt tot het geven van een zienswijze en in de begroting opnemen van door de GR zelf vastgestelde bedragen, dus louter symbolisch. De democratische aansturing en controle zijn daarbij ver te zoeken. Eerst nadenken over de definitie van een democratisch bestuur in de huidige maatschappij is dan wel aan te bevelen.
Dat lukt vanavond (4 nov.2014 red.) niet meer.
Ik vrees dat ik zelfs niet aan het uitspreken van deze hele tekst toekom. In ons gemeentebestuur is het in een regeling genoemde eindtijdstip de meest heilige bepaling. Van andere bepalingen wil men nog wel eens afwijken als dat beter uitkomt. Het zou beter zijn meer aandacht te besteden aan het beginpunt van een proces. Te laat komen wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door te laat weg gaan. Tot zover, ”
Grave, 4 november 2014,
Leo de Vreede